Een leerzamere en meer integrale beoordeling van de bodemkwaliteit onder het melkveebedrijf
Een goede bodemkwaliteit is essentieel voor een duurzame grondgebonden landbouw nu maar vooral in de toekomst. Bodemkwaliteit is van doorslaggevend belang voor het behoud van de landbouwkundige productie met minder inputs. Wageningen UR werkt samen met Boerenverstand, de stichting kennisoverdracht bodem (SKB) en het landbouwbedrijfsleven momenteel aan de BodemConditieScore, een methode om de gesteldheid van de bodem en het bodembeheer op agrarische bedrijven te beoordelen. Uitgangspunten zijn dat de methode a) begrijpelijk moet zijn voor agrariërs en makkelijk en goedkoop is in te zetten; b) een herhaalbare en wetenschappelijk onderbouwde relatie moet kunnen laten zien met bodembeheer en c) rekening houdt met regionale verschillen in bodemopbouw. Het laatste aspect is belangrijk omdat de regionale verschillen in de bodemopbouw in Nederland zeer groot zijn.
Waar er veel score’s zijn op perceelsniveau, moet de BCS leiden tot een beoordeling van het functioneren van de bodem op bedrijfsniveau. Het zegt daarmee veel over de boer en zijn bodemmanagement. Een recente inventarisatie onder tien melkveebedrijven in Noord‐Holland liet zien dat de voorlopige scores op bedrijfsniveau varieerden van 63 tot 86 (op een schaal van 100). Op sommige bedrijven waren opmerkelijke verschillen zichtbaar tussen een goed functionerende bodem en een slecht functionerende bodem (zie figuur). De BCS bouwt voort op methodes die ook internationaal gebruikt worden (de Visual Soil Assesment (VSA), ontwikkeld door de FAO in 2008), en wordt specifiek verder ontwikkeld voor de bodemkundige regio’s van Nederland.
De ambitie is de BCS te ontwikkelen als een belangrijk onderdeel van het KringloopKompas. Want naast kringloopcijfers over N, P en C zal ook een beoordeling moeten plaatsvinden of de boer nu en in de toekomst de bodemkwaliteit op peil houdt. De Provincie Drenthe en CONO Kaasmakers dragen bij aan deze ontwikkeling.