Direct naar content
< overzicht

Aandacht geven aan bodem verdient zich terug: Score voor duurzaamheid bodem

Tekst: Wilfried Wesselink, Nieuwe Oogst 11 augustus 2012

Frank Verhoeven: ‘Aandacht geven aan bodem verdient zich terug’Score voor duurzaamheid bodem De bodem verdient meer aandacht en die aandacht verdient zich terug, stelt agrarisch adviseur Frank Verhoeven. Hij wil met collega’s in andere Europese landen een uniforme methode introduceren die boeren meer inzicht in de bodem geeft.
Met visual soil assessment (VSA), oftewel visuele bodembeoordeling, wil Frank Verhoeven samen met Marthijn Sonneveld van Wageningen UR een instrument ontwikkelen voor de beoordeling van het bodemmanagement van de boer. Deze bedrijfsscore zou gebruikt kunnen worden voor een beloning aan de boer voor duurzaam ondernemen.

Volgens Verhoeven moet bodembeheer aan de andere kant beginnen dan waar het nu gebeurt. ,,Afgelopen jaren is in Nederland naar bemestings- en verliesnormen gekeken en hoe daar door aanpassing van het rantsoen en de bemesting aan kan worden voldaan. Het is nuttiger en leerzamer om naar de bodem zelf te kijken, het bodemprofiel, de bodemstructuur en het bodemleven en hoe dat kan worden gestimuleerd.”

Blijvend grasland
Op de meeste Nederlandse landbouwbedrijven krijgt de bodem te weinig aandacht, vindt Verhoeven. Als voorbeeld noemt hij blijvend grasland. Volgens de Nederlandse definitie is er bij een leeftijd van vijf jaar al sprake van blijvend grasland. ,,Als je streeft naar duurzaamheid moet je zo veel mogelijk van het grasland afblijven. Hoe ouder grasland, hoe dieper de wortels, hoe meer bodemleven en hoe meer organische stof de bodem bevat. Zo’n vitale bodem is in staat ook op lange termijn met minder meststoffen, bijvoorbeeld fosfaat, een goed gewas te laten groeien.”

Het alternatief voor blijvend grasland is volgens de adviseur op een akkerbouwmatige manier aan de slag gaan met de bodem met behulp van wisselteelt en vanggewassen. ,,Jarenlang maïs op hetzelfde perceel pakt meestal slecht uit voor de bodem.”

Puntensysteem
Met VSA is het de bedoeling om op bepaalde plekken in het perceel een kubus van 20 centimeter grond te steken, eventueel op verschillende dieptes, en deze op diverse eigenschappen te beoordelen met behulp van foto’s in een handboek. Dat handboek is vooralsnog alleen in het Engels beschikbaar.

Het gaat bij de beoordeling van de bodem niet alleen om de grond, maar ook om de plantenwortels en het bodemleven. De resultaten worden ingevuld op een scorekaart. Per eigenschap kan de score variëren van slecht, gemiddeld tot goed, weergegeven in punten. Voor verschillende eigenschappen gelden verschillende wegingsfactoren. Hoe hoger de uiteindelijke gezamenlijke VSA-score hoe beter.

De VSA-score geeft een rapportcijfer voor de kwaliteit van de bodem en daarmee een voorspelling voor de verliezen aan bodemnutriënten, het watervasthoudendvermogen en de koolstofopslag.
Fysische eigenschappen van de bodem bepalen de beweging van water en lucht in de bodem, de doorwortelbaarheid, het aantal, de soort en de activiteit van bodemorganismen en de beschikbaarheid en opneembaarheid van bodemnutriënten.
Een verminderde bodemkwaliteit kan ten koste gaan van gewasgroei en voedselkwaliteit. Het kan ook leiden tot het weglekken van nutriënten naar het milieu, ongeacht de bemestingstoestand en de grondsoort.

Verhoeven: ,,De methode is ontwikkeld om boeren snel en gemakkelijk een betrouwbare score te geven van de conditie van de bodem en het gewas. Daarnaast is het educatief, snel en goedkoop.” Hij benadrukt dat de VSA-score bestemd is voor zowel gangbare als voor biologische bedrijven. ,,Hoe je de kwaliteit van de bodem en het bodemmanagement beoordeelt, zou tussen gangbaar en biologisch niet moeten verschillen”, stelt Verhoeven.

Verhoeven is eigenaar van Boerenverstand, een agrarisch adviesbureau dat zich richt op een duurzame landbouw. De VSA-score is geen uitvinding van hemzelf maar is ontwikkeld in Nieuw-Zeeland, met ondersteuning van de FAO.

Verhoeven ziet kans om samen met Wageningen UR de score verder te ontwikkelen binnen het Snowman netwerk. Dat is een Europees samenwerkingsverband voor het uitbreiden en uniformeren van kennis over duurzaam grondgebruik, waar Boerenverstand deel van uitmaakt.

Verhoeven: ,,Het graven van een kuil voor een bodemprofiel gebeurt in Europa op dezelfde manier, de beoordeling van wat vervolgens te zien is verschilt al meer, maar wet- en regelgeving die van invloed zijn op de bodem verschillen binnen de EU behoorlijk.”

Als voorbeeld noemt de adviseur de mestwetgeving en de derogatie. ,,Nederland wil meer mest op het grasland toedienen omdat er hier ook meer productie van het land gehaald wordt. Daar is op zich niets op tegen, mits er sprake is van een vitale bodem met een groot wortelstelsel.”

CONO
Verhoeven onderzoekt of de visuele bodembeoordeling en het puntensysteem bruikbaar zijn binnen het duurzame weidezuivelprogramma van CONO Kaasmakers. Ook is het volgens Verhoeven beslist niet ondenkbaar dat dit scoringsinstrument gekoppeld wordt aan vergroeningscertificaten binnen het nieuwe EU-landbouwbeleid na 2013.

De adviseur heeft niet de illusie grip te hebben op wet- en regelgeving, wel denkt hij de uitvoering te kunnen verbeteren. ,,Als adviseurs kunnen we bijdragen aan uniformering van de beoordeling van bodems en een duurzaam bodemgebruik stimuleren.”